Dutch example sentences

Start with these Dutch words: kopje, Wilt, kopje, oud, oud, oud, Wilt, Hoe, een, kopje, een, Hoe, koffie, Wilt, oud, Wilt, Wilt, Hoe, kopje, oud, een, Wilt, Hoe, oud, Wilt, koffie, koffie, oud, Wilt, Hoe, oud, Hoe, een, kopje, Wilt, een, koffie, koffie, oud, kopje, koffie, koffie, kopje, kopje, oud, kopje, een, Wilt, Wilt, een, Hoe, Hoe, Hoe, kopje, koffie, oud, koffie, Hoe, koffie, een, Wilt, kopje, Hoe, een, kopje, koffie, kopje, Wilt, kopje, koffie, oud, kopje, kopje, een, Wilt, oud, een, Wilt, Hoe, een, Wilt, Hoe, oud, Wilt, een, Wilt, Hoe, oud, oud, oud, koffie, een, een, kopje, Wilt, Hoe, oud, koffie, een, kopje, .