Dutch example sentences with "was"

Learn how to use was in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Ik was in de bergen.

Dat was een slecht konijn.

Waarom was je laat?

Het probleem was dat ik niets tegen hem te zeggen had.

Wat was je aan het doen?

Ik had de bloemen geen water hoeven geven. Ik was er maar net klaar mee, of het begon te regenen.

Hij zei dat hij van plan was een risico te nemen.

Het concert was leuk, maar het was wel koud in de zaal.

Het concert was leuk, maar het was wel koud in de zaal.

Gisteren was u niet op school.

Duitsland was ooit een bondgenoot van Italië.

Mexico was toen nog niet onafhankelijk van Spanje.

Het was erg leuk je weer eens gezien te hebben.

Ik heb hem ontmoet toen ik in Parijs was.

Hij was al jong uitgehuwelijkt, toen hij nog een tweedejaars student was, en nu scheen zijn vrouw de helft ouder te zijn dan hij.

Hij was al jong uitgehuwelijkt, toen hij nog een tweedejaars student was, en nu scheen zijn vrouw de helft ouder te zijn dan hij.

Zodra hij alleen was, opende hij de brief.

Ze was betoverd door zijn glimlach.

In het koetsje zat een heer, niet knap, maar ook niet slecht van uiterlijk, niet al te dik, niet al te dun; oud kon hij niet genoemd worden, maar hij was ook niet al te jong.

De vorige persoon aan wie ik mijn idee vertelde, dacht dat ik gestoord was.

Wat denk je dat ik aan het doen was?

Hij was weduwnaar, maar een jaar na de bruiloft van zijn zoon hield hij het niet meer uit en trouwde zelf ook.

Ik was alleen in het lokaal.

Gisteren was het donderdag.

Het experiment was een mislukking.

Ik heb leren fietsen toen ik zes was.

Ik was te laat op school.

Het was zijn eigen schuld.

Dat was niet mijn bedoeling.

Mijn horloge was gestolen.

Het was hem niet gegeven haar ooit nog te ontmoeten.

Er was een week voorbijgegaan sinds de kennismaking.

Later, toen ze weg waren gegaan, was er geen levende ziel meer te bekennen op de kade, de stad met zijn cipressen leek totaal uitgestorven, maar de zee bruiste nog en sloeg tegen de kust.

Het was nooit de bedoeling dat mensen eeuwig zouden leven.

Het was heet gisteren.

Waar was je toch?

Je was niet op school gisteren.

Vanochtend was er dauw.

Hij was in Frankrijk.

Als de wereld niet was zoals ze is, zou ik iedereen kunnen vertrouwen.

Dat was mijn zin!

Ik was moe en, wat nog erger is, ik wilde slapen.

Gisteren was ik ziek.

Het leek erop dat lezen een van zijn ongezonde gewoontes was, aangezien hij zich even gretig stortte op alles wat hij maar in handen kreeg.

Dat was waarschijnlijk wat hun beslissing beïnvloed heeft.

Toen ik wakker werd, was ik verdrietig.

Daarna ging ik daar weg, maar ik kwam erachter dat ik mijn tas vergeten was.

Het was geen goed idee om me af te melden.

Zijn argument was verre van rationeel.

Honger was voor hem een abstract begrip; hij had altijd genoeg te eten.

De auto is verongelukt omdat de bestuurder onvoorzichtig was.

Ik was erg moe, daarom ging ik vroeg naar bed.

Er was niets in de kamer, behalve een oude stoel.

Ze zeggen dat hij erg rijk was.

De zwaargewonde man was al gestorven bij aankomst in het ziekenhuis.

Ze zeggen dat Mary vorige week ziek was, maar nu ziet ze er goed uit.

De auto was kapot, dus moesten ze lopen.

Haar toespraak was uitmuntend.

De politieagent was dronken.

Als ik een vogel was, zou ik naar jou toe vliegen.

De doos was leeg toen ik hem openmaakte.

Ik was teleurgesteld in je.

Dat is waar hij boos om was.

Ik was op zoek naar iets wat er niet was.

Ik was op zoek naar iets wat er niet was.

Mary Hat was deze week in New Orleans.

In de kamer stond een piano, maar er was niemand die erop speelde.

Aan het eind van het pad stond een brievenbus. Op een dag lag er een spannende brief in en die was voor mij.

Toen ik klein was, kwamen opa en oma nog om op te passen. 's Avonds op bed las oma me voor. Of opa vertelde een verhaal.

Moeder was bang dat ik vies zou worden.

Mijn baas was gedwongen ontslag te nemen.

De koffie was zo heet, dat ik hem niet kon drinken.

Ze was boos op haar zoon.

Het was zo'n mooie dag, dat we besloten te gaan picknicken.

Hij kwam vaak bij ons op bezoek toen ik nog een kind was.

Aangezien het regenachtig was, werd de honkbalwedstrijd afgelast.

Mijn tante was blij met mijn succes.

Vroeger, toen we nog guldens hadden, was alles veel goedkoper dan nu met de euro.

De hemel was bezaaid met sterren.

Hoe was de Franse les?

Ida was uit haar humeur omdat ze voor haar rijexamen was gezakt. Haar broer wilde haar wat opbeuren met een grap, maar die schoot bij haar in het verkeerde keelgat, waardoor ze tegen hem uit haar slof schoot.

Ida was uit haar humeur omdat ze voor haar rijexamen was gezakt. Haar broer wilde haar wat opbeuren met een grap, maar die schoot bij haar in het verkeerde keelgat, waardoor ze tegen hem uit haar slof schoot.

Hij zei dat hij ziek was geworden, en dat was een leugen.

Hij zei dat hij ziek was geworden, en dat was een leugen.

De vogel was bedekt met witte veren.

Als je iemand $20 uitleent en je ziet die persoon daarna nooit meer, dan was het dat waarschijnlijk waard.

Ze was lijkbleek.

Ik was erg boos op hem.

De oorzaak van de brand was onbekend.

"Vandaag is de melkboer begraven. Er was veel volk, want op het dorp kende iedereen hem." "O, is er in Linschoten een melkboer?" "Nou nee, nu dus niet meer!"

Het was niet zo erg snugger van je om dat briefje weg te gooien.

Het bergpaadje was bedekt met een zachte deken van bladeren, waarover het makkelijk lopen was.

Het bergpaadje was bedekt met een zachte deken van bladeren, waarover het makkelijk lopen was.

Als as meel en turf spek was, aten we alle dagen spekpannenkoeken.

Het was een drukte van je welste op straat toen de optocht voorbijkwam.

Deze roman beschrijft het leven van de Japanners zoals het honderd jaar geleden was.

Dit was om me methodisch te laten leren denken.

De opmerking was naar jou toe gericht.

Ze heeft me verteld dat het verkeerd was om te stelen.

Het was leuk gisteravond.

Toen ik haar in Boekarest had ontmoet, was Anca een student.

Also check out the following words: mate, dreef, feminisme, ontkomen, vechtende, verlaag, verkiezing, blaadjes, achtenveertig, forten.