Goedenavond, hoe maakt u het?

Goedemorgen, hoe maakt u het?

Liefde maakt blind.

Een baard maakt je nog geen filosoof.

Dat maakt nieuwsgierig.

Het maakt mijn natuurkundeleraar niet uit als ik de lessen verzuim.

Honger maakt rauwe bonen zoet.

De gelegenheid maakt de dief.

Maakt niet uit.

Zijn moeder maakt zich zorgen over hem.

Hij maakt een slechte indruk.

Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint.

Jij maakt me gelukkig.

Het maakt mij niet uit of hij wel of niet komt.

Het maakt al het verschil.

Het maakt niet uit wát je leest, maar hoe je leest.

Het maakt niet uit wat voor tijdschrift.

Hij maakt van een mug een olifant. Dat typfoutje is echt niet zo erg als hij beweert.

Eén zwaluw maakt nog geen zomer.

Een kat in benauwdheid maakt rare sprongen.

Een rotte appel in de mand maakt al het gave fruit te schand.

Eén zwaluw maakt de lente niet.

Geld maakt niet gelukkig.

Geld dat stom is, maakt recht wat krom is.

Het oog van de meester maakt het paard vet.

Onbekend maakt onbemind.

Ze maakt kip klaar op de manier die ik lekker vind.

Eendracht maakt macht.

Een slechte vrouw maakt een scheepswrak van haar man.

Cultuur maakt talen kapot.

"Maakt u zich geen zorgen," probeerde Dima de vrouw gerust te stellen. "Het is niet van mij."

"U maakt vast een grapje!" grijnsde Dima.

Zijn beweeglijkheid maakt de moeder zenuwachtig.

Echte levendigheid maakt haar bestaan uniek.

Je maakt me altijd verliefd met je tederheid.

Zijn koffiemachine maakt de beste cappuccino die ik ken, en heeft zelfs een melkopschuimer!

Je maakt het jezelf moeilijk door zulke dingen te leren.

Een grote sneeuwschuiver maakt ieder uur de schaatsbaan vrij van sneeuw.

Totoro maakt met iedereen vrienden.

Geld maakt alle deuren open.

Jaloerse spot maakt het succes niet kleiner.

Het Frans zit dikwijls erg verveeld met de uitdrukkingsdichtheid die het gebruik van voor- en achtervoegsels in het Esperanto mogelijk maakt, maar het trekt zijn plan door te spelen op de keuze van de lexemen.

Wie de vrede liefheeft, maakt zich klaar voor de oorlog.

Een gouden sleutel maakt alle deuren open.

Wie zich tot schaap maakt, wordt door de wolven gevreten.

Als je er een boeltje van maakt, ruim het op.

Geld maakt de armen niet gelukkig.

Wie zich kwaad maakt, verliest.

Hij maakt altijd grapjes.

Ze maakt zich zorgen over zijn gezondheid.

Hij maakt veel kans om te winnen.

Deze pijn maakt mij kapot.

De taal maakt een geweten, dus let op wat ge hier schrijft of vertaalt!

Belofte maakt schuld.

Ik hoor dat Latijnse muziek furore maakt in de muziekindustrie dit jaar.

Wie zijn naasten te schande maakt, onteert zichzelf.

Melk maakt ons sterk.

Men zegt dat liefde blind maakt.

Dat maakt mij nieuwsgierig.

Het gezicht van de vijand maakt mij bang, want ik zie de gelijkenis met het mijne.

Ze weten hoe men een atoombom maakt.

De kat heeft graag vis, maar maakt niet graag zijn poten nat.

Dat maakt je nog aantrekkelijker.

Hij maakt graag van een mug een olifant.

Geluk maakt trots, ongeluk maakt wijs.

Geluk maakt trots, ongeluk maakt wijs.

Grote kunst maakt echt indruk op de mensen.

Het maakt niet uit hoe snel je wandelt, je kan hem niet inhalen.

Maakt uw katje de kamer niet meer vuil?

Wat de ene sterk maakt, maakt de andere kapot.

Wat de ene sterk maakt, maakt de andere kapot.

Het maakt mij kwaad dat ik mijn rekenfout niet kan vinden.

Kies gewoon drie boeken uit, maakt niet uit welke.

Ze maakt zich zorgen over haar examens.

Zelfs een leraar maakt al eens een fout.

Concentratie kost zelf tijd, maar maakt alles een veelvoud sneller.

Reizen naar nieuwe plaatsen is interessant en kan moeilijk zijn. Esperanto maakt ook dat gemakkelijk.

Niets maakt hem kwaad.

Het maakt niet uit of ze haar schuld bekent of niet.

Wel, het zou dan wel zo kunnen zijn dan hij slim is, maar hij maakt vaak fouten door niet op te letten.

Zelfs als het waar is, maakt het weinig uit.

Iedereen maakt fouten.

Ze maakt een wereldreis.

Het maakt niet uit of de kat zwart is of wit, als ze maar muizen vangt.

Dat ze ziek is, maakt mij erg ongerust.

Een ongelukkig volk maakt grootse kunstenaars.

Ik heb de indruk dat je me belachelijk maakt.

De vrouw maakt het meisje wakker.

Het maakt me niet uit als het heet is.

Het maakt me niet uit om in de regen te wandelen.

Tom maakt een goede kans de verkiezing te winnen.

Tom maakt elke ochtend een wandeling.

Niet naar hem luisteren. Hij maakt maar een grapje.

Het maakt niet veel uit aan welke hogeschool je afgestudeerd bent.

Wie maakt zich daar druk over?

Het maakt niet meer uit.

Ook een leraar maakt al eens een fout.

Scotts zus maakt graag sashimi.

Maakt u zich geen zorgen, meneer de president: met zulk slecht tandvlees betwijfel ik of ze überhaupt tanden HEEFT.

Het maakt me niet uit of ze in de stad of op het platteland woont.

Hij is zo'n onbedachtzame jongen dat hij heel vaak fouten maakt.