Dutch example sentences with "verwacht"

Learn how to use verwacht in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Verwacht niet dat anderen voor jou denken.

Het leven begint, wanneer je beslist wat je ervan verwacht.

Engeland verwacht dat iedereen zijn plicht zal doen.

Wie verwacht je?

Wat nooit verwacht werd, komt soms plots.

Ik vond het vraagstuk gemakkelijker dan ik had verwacht.

Ik verwacht veel van hem.

"Ik versta perfect Italiaans" pochte zij, terwijl ze een schotel uit het menu koos. Maar toen het eten opgediend werd, was het helemaal niet wat ze verwacht had.

Ik verwacht dat je stipt bent.

Verwacht niet te veel van hem.

Dat iets heel anders dan wat ik verwacht had.

Hoe goed is het, als men iets aangenaams verwacht.

Ze verwacht een kind in juni.

Ik verwacht niet van u dat ge mij verstaat, maar alleen dat ge mij bemint om wat ik ben.

Wanneer je een vraag stelt, verwacht je een antwoord.

Hoe verwacht je dat ik dit ga doen?

Zij verwacht deze maand een baby.

Ze verwacht een kind.

Ik verwacht dat hij ons zal helpen.

Men verwacht dat in 2006 honderdvijftigduizend koppels in Shanghai zullen trouwen.

Ik verwacht niets van jou.

Ik had het niet verwacht.

Had ik het niet verwacht?

Ik verwacht een brief van haar.

Het is helemaal anders dan ik verwacht had.

Wat voor een vraag is dat? Verwacht je echt dat ik daar antwoord op geef?

Ik verwacht u volgende week te zien.

Zwaar, heel zwaar valt het zaaien, maar zoet en gezegend zullen de vruchten zijn. Groot en belangrijk is uw rol. De hele Esperantowereld kijkt naar u en verwacht veel van u.

Er wordt strenge vorst verwacht.

De moeder had niet verwacht dat de baby zo aanhankelijk was.

Ik had niet verwacht dat je zo vroeg komt.

Ik verwacht dat de leiding een nieuwe richtlijn zal uitvaardigen, die de vorige zal vervangen.

Ik verwacht de komst van een vriend.

Van jou had ik dat niet verwacht!

Dat had ik van jou niet verwacht!

Ik heb geen kado verwacht.

Ik had nooit verwacht dat hij zo heftig zou reageren.

Er waren meer toeschouwers dan ik had verwacht.

We hadden niet verwacht dat hij de opdracht in zo'n korte tijd zou maken.

Neem een paraplu mee, want er wordt regen verwacht in de namiddag.

Men verwacht dat morgen de lucht minder vervuild zal zijn.

Zoals algemeen verwacht, wonnen de Russen.

Ongeveer 40 procent van de freelancers verwacht volgend jaar meer omzet te zullen draaien.

Ik had niet verwacht, je op een plek als deze te zien.

Ik had niet verwacht dat jij hier zou zijn.

Ik had niet verwacht dat je hier zou zijn.

Er wordt niet van je verwacht dat je vecht.

Niemand verwacht de Spaanse inquisitie!

Hoe verwacht je dat ik hiervoor ga betalen?

Ik had niet verwacht wat van jou te horen.

Wat verwacht je dat Tom gaat doen?

Verwacht geen genade.

Ik denk dat Tom te veel van ons verwacht.

Mijn zus verwacht een baby in juni.

Het was niet zo duur als ik had verwacht.

Je verwacht nu toch geen antwoord, toch?

Het duurde veel langer dan ik had verwacht.

Dat hadden we gewoon niet verwacht.

Er wordt verwacht dat de temperatuur in Boston zal dalen naar -22°C.

We hadden ergens verwacht dat dat zou gebeuren.

Tom is een dag eerder aangekomen dan we hadden verwacht.

Ik had geen geschenk verwacht.

Ik had geen cadeau verwacht.

Ik had geen hulp verwacht.

Ik verwacht dat ze hier komt.

Ik verwacht dat ze hiernaartoe komt.

Ik verwacht geen speciale behandeling.

Ik verwacht niets van u.

Ik had een lastigere wedstrijd verwacht.

Jullie worden verwacht om 7 uur.

Ik verwacht dat alles volgens plan zal verlopen.

Verwacht je een terugslag?

De vrouw van Thomas verwacht een tweeling.

Tom kwam vroeger naar huis dan ik had verwacht.

Ik had je niet verwacht.

Ik had niet verwacht dat u vandaag hier zou zijn.

Dankzij zijn advies waren we vroeger klaar dan verwacht.

We hebben meer geld besteed dan verwacht.

Tom verwacht dat, nietwaar?

Er wordt sneeuw verwacht.

Ik verwacht dat iedereen dat morgen zal doen.

Toms reactie was het tegenovergestelde van wat Maria had verwacht.

Ik verwacht haar tegen zes uur terug.

Ik verwacht jouw hulp.

Ik verwacht uw hulp.

Ik verwacht jullie hulp.

Ik verwacht hem.

Wanneer verwacht je dat te doen?

Ze was de laatste persoon die ik had verwacht hier te zien.

Ik geloof niet dat er binnenkort regen wordt verwacht.

Het bedrijf voorziet werknemers van uniformen, maar er wordt verwacht dat ze die geregeld wassen.

Het bedrijf voorziet de werknemers van uniformen, maar er wordt verwacht dat ze ze geregeld wassen.

Ik was degene van wie verwacht werd dit te doen.

Men verwacht dat hij slaagt voor de proef.

Men verwacht dat hij voor het examen zal slagen.

Men verwacht dat hij zal slagen voor het examen.

Ik verwacht voor half drie terug te zijn.

Ik verwacht dat hij ons helpt.

Je deed dat niet zo goed als ik van je had verwacht.

Ik verwacht dat je er op tijd zult zijn.

Ik verwacht dat u er op tijd zult zijn.

Also check out the following words: aan, er, geen, woorden, zo, terug, wachtwoord, onderwijs, deze, wereld.