Kijk uit!

Steeds wanneer ik naar deze foto kijk, herinner ik me die gelukkige dagen in het dorp.

Kijk niet terug.

Kijk, de jongens lopen met blote voeten in het water.

Kijk eens aan. Wat een geweldige cadeautjes! Wat ben ik blij!

Steeds wanneer ik naar deze foto kijk, herinner ik me die gelukkige dagen op het platteland.

"Weet jij waar mijn sleutel is? Ik zie hem nergens." "Dan kijk je zeker met je neus, want hij ligt gewoon op tafel."

Kijk eens naar dat hoge gebouw.

Het is maar tien graden, en hij loopt in een T-shirt buiten. Ik krijg het al koud als ik naar hem kijk.

Kijk goed. Ik zal je laten zien hoe je dit doet.

Kijk achter je!

Kijk me aan.

Kijk naar het huis met het rode dak.

Dit is de eerste keer dat ik zo'n enge film kijk.

Kijk je televisie?

Kijk voor je, alsjeblieft.

Ik kijk graag naar Code Lyoko.

Kijk naar hem en doe wat hij doet.

Kijk naar hem en doe hetzelfde.

Ik kijk graag naar het ondergaan van de zon.

Kijk in de spiegel... en vind de 7 fouten.

Tot kijk.

Kijk eens schat, zo kan dat niet!

Neen dank u, ik kijk maar wat.

Kijk hoe de jongen springt.

Ik kijk ernaar uit om je te ontmoeten.

He! Kijk wat ze meegebracht heeft!

Kijk goed naar het stadsplan.

Ik kijk graag naar esperanto-filmpjes op You Tube.

Ik kijk graag naar voetbalmatchen.

Als ge denkt dat ontwikkeling duur is, kijk dan eens hoeveel onwetendheid kost.

Ik kijk vaak tv voor het avondeten.

"Waar is uw thuis?" "Wel kijk daar."

Ik kijk op je neer.

Kijk ma, ik ben op Tatoeba!

Kijk geen televisie.

Hee kijk eens, een aap met drie hoofden!

Ik kijk iedere dag televisie.

Ik kijk niet graag naar films.

Ik kijk graag naar spelende kinderen.

Hé, kijk, een driekoppige aap!

Kijk de regenboog! Loof zijn Schepper!

Kijk naar de landkaart op pagina 25.

Kijk naar dat gebouw.

Kijk naar die grote hond.

Kijk naar de wereldkaart.

Ik kijk ernaaruit u te zien.

Ik kijk geen tv.

Waar kijk je naar?

Waarnaar kijk je?

"Kan ik u helpen?" "Nee, dank u wel. Ik kijk gewoon rond."

Kijk alsjeblieft naar de foto die ik gekozen heb.

Kijk alstublieft naar de foto die ik gekozen heb.

Het zal gaan regenen. Kijk naar die donkere wolken.

Kijk! Een vallende ster.

Kijk, die mooie jongen.

Kijk niet zo romantisch!

Kijk! Het boek brandt!

Ik kijk uit naar de zomervakantie.

Kijk naar de twee kanten voor ge de straat oversteekt.

Kijk naar alle kanten voor ge de straat oversteekt.

Eigenlijk zou ik Engels moeten leren, maar ik kijk liever een film.

Kijk niet zo naar me.

Kijk eens naar dat rode gebouw.

Ik kijk ernaar uit de film met haar te kijken.

Ik kijk tv.

Ik kijk ernaar uit u te ontmoeten.

Kijk wat Mary aan het doen is.

Ik kijk ernaar als ik terug kom.

Kijk niet in het raam!

Kijk geen televisie!

Kijk mij niet zo aan!

Ik kijk niet naar de televisie.

Kijk niet langer naar het voetbal.

Kijk eens naar dit.

Kijk naar het grote gebouw daar.

Kijk naar hem.

Hoe vaak per dag kijk je in de spiegel?

Kijk, kijk!

Kijk, kijk!

Ik kijk graag naar haar als ze zich uitkleedt.

Ik kijk naar kunstschaatsen.

Ik kijk al heel lang met tegenzin naar dit moment uit.

Ik kijk graag naar films.

Kijk in de Gouden Gids.

Kijk eens naar die koalabeer daar.

Kijk! Het vliegtuig is aan het opstijgen.

Kijk! Twee jongens zijn aan het vechten.

Ik kijk uit naar morgen.

Als je niets te doen hebt, kijk dan naar het plafond in je kamer.

Ik kijk rond me heen.

Kijk hoe ik het doe.

Kijk in de spiegel.

Kijk! Er is een kat in de keuken.

Kijk je tv?

Ik kijk tv met mijn dochter.

Kijk uit! De auto had je bijna omver gereden.

Kijk uit! Daar is een groot gat.

Kijk me aan en luister naar me.

Kijk, als ik niet onder arrest sta, dan wil ik dat je me terug brengt naar mijn vrienden.

Kijk eens naar die deuren, man.