Dutch example sentences with "woon"

Learn how to use woon in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Ik woon hier.

Ik woon in Japan.

Soms ga ik lopend naar het werk en soms op de fiets, want ik woon heel dicht bij mijn werk.

Waar woon je?

Woon je hier?

Ik woon bij mijn ouders.

Ik woon in deze wijk.

"Waar woon jij?" "Ik woon in Tokio."

"Waar woon jij?" "Ik woon in Tokio."

Ik woon in een appartement.

Maar nu woon ik in Tokio.

Waar woon je nu?

Waar woon je eigenlijk?

Ik woon samen met mijn ouders.

Ik woon nu in Kyoto.

Ik woon in een grote stad.

Woon je in de stad?

Ik woon gelijkvloers.

Ik woon in Tokio.

Ik woon als onderhuurder.

Ik woon op het gelijkvloers.

Ik ben Japanner, maar ik woon niet in Japan.

Ik woon in Kobe.

Mijn ouders wonen in Windhoek en ik woon in Lüderitz.

Ik woon in een kleine villa.

Het huis waar ik woon is niet zo groot.

Ik woon al twee jaar in Kassel, maar ik ben nog niet op de Herculesberg geweest.

Ik ben drie jaar geleden naar Tokio gekomen en sindsdien woon ik hier.

Ik woon hier al sinds ik klein was.

Ik woon hier sinds 1990.

Londen, waar ik woon, was vroeger beroemd om zijn mist.

Woon je in Sasayama?

Ik woon in de stad.

Ik woon in Kanton.

Ik woon in Akasaka in Tokio.

Weet ge waar ik woon?

Ik wil met de fiets rijden omdat ik ver van mijn school woon.

Ik woon dicht bij de dijk.

Ik woon in Hyogo.

Woon je in Portugal of Brazilië?

Ik woon op Malta.

Ik woon in Malta.

Ik woon en werk in Mexico.

Weet je waar ik woon?

Ik ben Japans, maar ik woon niet in Japan.

Ik woon in een stad, maar mijn ouders wonen op het platteland.

In welk van die gebouwen woon je?

Ik woon sinds gisteren in Kobe.

Ik woon momenteel in Kunming.

Ik woon in Istanboel.

Hoeveel jaar woon je hier al?

Ik woon te ver weg.

Ik woon in Białystok.

Ik woon kilometers van het dichtst bijzijnde station.

Ik woon in Kakogawa.

Ik woon in Carapicuíba, een voorstad van São Paulo, niet ver van de hoofdstad van de staat São Paulo.

We houden van elkaar, maar ik woon in de Verenigde Staten en hij in Duitsland.

Ik woon graag in dat land.

Ik woon in Savigny-sur-Orge, een stadje vlak bij Parijs.

Ik woon in Qatar.

In welke stad woon jij?

Woon waar je wilt, maar hou op!

Ik woon bij de zee, dus ik ga vaak naar het strand.

Ik woon in de Lange-Rivierstraat, nummer tweehonderd twintig.

Ik woon op een plaats vanwaar ik te voet naar school kan gaan.

Ik woon op het platteland.

Ik woon in Kazakhstan.

Ik woon in Fiji.

Ik heb ooit in Peking gewoond, maar nu woon ik in Seoel.

Het huis waar ik woon, is van mijn ouders.

Ik woon nu in Boston in Amerika, maar ik ben van plan dit jaar nog terug naar Japan te gaan.

Ik woon hier al lang.

Ik woon in Maleisië.

In welke stad woon je?

In wat voor soort stad woon je?

Ik ben Japanner, maar woon niet in Japan.

Ik woon in Tokio sinds 1985.

Ik woon al in Tokio sinds 1985.

Ik woon in een stad.

Ik woon in Moskou.

Waar in Turkije woon je?

Ik woon in de stad maar mijn ouders hebben op het platteland gewoond.

Ik woon hier niet.

Woon je alleen?

Hoe ben je te weten gekomen waar ik woon?

Hoe ben je erachter gekomen waar ik woon?

Ik woon in een klein appartement.

Woon je bij je ouders?

Woon je in Turkije?

Ik woon nu in Dublin.

Ik woon tegenwoordig in Dublin.

Ik woon alleen.

Ik woon hiernaast.

Ik woon ernaast.

Ik woon in Milaan.

Ik woon in Yokohama.

Waar woon je tegenwoordig?

Ik woon in Osaka.

Woon je in de buurt?

Woon je hier in de buurt?

Ik woon naast haar.

Also check out the following words: Verenigde, Staten, grenzen, Canada, plan, risico, nemen, concert, leuk, wel.