Dutch example sentences with "vlees"

Learn how to use vlees in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Zit er vlees in dit eten?

Ik eet geen vlees, geen vis en geen zeevruchten, en ook geen vleesbouillon.

De geest is gewillig, maar het vlees is zwak.

Hij sneed een stuk vlees af.

Emet, we hebben meer vlees nodig.

Dit vlees is kippenvlees.

Ik onthield mij van vlees.

Vlees kost veel tegenwoordig.

Ik wil geen vlees.

Ik hou van vlees, maar eieren verteer ik niet.

Vlees a.u.b.

Bevat dit gerecht vlees?

Ik heb liever vis dan vlees.

Het vlees is goed gebraden.

Wilt ge vlees lang bewaren, vries het dan in.

Hij sneed het vlees met een mes.

Ik eet liever geen vlees want ik ben vegetariër.

Een jakhals eet hoofdzakelijk vlees van kadavers.

Dit is goed vlees.

Al het vlees was slecht.

Rode wijn past goed bij vlees.

Ik heb liever vlees dan vis.

Ze eten een keer per week vlees.

Hij geeft vlees aan de hond.

Katten hebben liever vis dan vlees.

Welke verschillende soorten vlees verkoopt u?

Amerikanen eten veel vlees.

Vries de vis en het vlees in alstublieft.

De pilav met vlees kost acht yuan. De vegetarische pilav kost maar vier yuan.

Vlees of vis?

De hond had een stuk vlees in zijn bek.

Dit vlees is koosjer.

Mary eet geen rood vlees.

Ik eet geen vlees.

Het is vis noch vlees.

Ik ben vegetarisch, dus ik zou liever geen vlees hebben, als dat OK is.

Wat bevalt je het meest, vlees of vis?

We hebben enkele dagen geen vlees gegeten.

De leeuw eet het vlees.

Hij at frieten en vlees.

Hij at brood en vlees.

In het jaar tweeduizend en twaalf bedroeg de wereldproductie van vlees driehonderd miljoen ton.

Ze was niet rijk genoeg om haar hond elke dag vlees te voeren.

Ik wil vlees en groenten eten.

Er is geen vlees meer in de koelkast.

De ondoden voeden zich met menselijk vlees.

Weet je hoe men vlees bereidt?

Het vlees is goedkoop.

Je zou je vlees beter snijden voor het te eten.

Ik eet liever geen vlees, ik ben vegetariër.

Ik hou erg van rood vlees.

Eet u vlees?

Eet je vlees?

Het is een bekrompen idee om niet te vragen wat de mensen willen eten, maar ze gewoon vlees te geven.

Ik eet vlees.

Haal het vlees uit de pan.

Leg het vlees bij de groenten en voeg naar eigen smaak zout en peper toe.

De hond houdt van vlees.

Maria zoutte het vlees.

Voeg vlees toe.

Wij willen vlees.

Vlees is schaars.

Zij eten vlees.

Vlees is duur.

Hij wil vlees.

Jij hebt vlees.

Het vlees is bevroren.

Het vlees smaakt slecht.

Dit vlees ruikt vies.

Dit vlees snijdt gemakkelijk.

Ik eet nooit vlees.

Het vlees was te lang gebraden.

De hond wil vlees.

Tom grillt vlees.

Het vlees is gaar.

Het vlees is rauw.

Ik houd van rood vlees.

Het vlees is duur.

Ik heb het vlees opgegeten.

We eten het vlees.

Omdat ze een vegetariër is, eet ze geen vlees.

Eet je vlees of ben je een vegetariër?

Vegetarisch eten betekent niet alleen geen vlees eten.

Ik ben een vegetariër die veel vlees eet.

Ik houd niet van vlees. Ik heb liever een vegetarisch dieet.

Tom zei dat hij geen vlees eet.

De leeuw is vlees aan het eten.

Ik eet veel vlees.

Welke heb je liever, vlees of vis?

Tom en Maria eten geen vlees meer.

Een koelkast houdt vlees vers.

Tom eet enkel wit vlees.

De prijs van vlees daalde.

De tweede gang bevat vlees.

De tweede gang heeft kikkererwten, kip, vlees, worst en aardappel.

Het vlees ruikt verschrikkelijk.

De hond heeft het vlees gevangen.

De hond ving het vlees.

De BBQ is één mogelijkheid om vlees te bereiden.

Ik heb horen zeggen dat je geen vlees at.

Ik heb horen zeggen dat u geen vlees at.

Also check out the following words: moment, vergeten, gelukkig, airconditioner, verbruikt, elektriciteit, niks, kom, grenst, Nederland.