zegenen | conjugación

El verbo en neerlandés 'zegenen' conjugado en todos los tiempos y modos verbales.

¿Estás aprendiendo neerlandés?

¡Reemplaza Google Traductor por Mate! Desarrollamos Mate con un hermoso diseño para los usuarios de Mac que están aprendiendo un idioma. Puedes traducir sitios web, subtítulos de Netflix o cualquier otro texto del neerlandés a otros 102 idiomas con solo hacer doble clic. También puedes buscar sinónimos y armar un glosario de frases. Únete a otros 800.000 estudiantes con una prueba de 7 días.

pruébela gratis

¿Estás aprendiendo neerlandés?

¡Reemplaza Google Traductor por Mate! Desarrollamos Mate con un hermoso diseño para los usuarios de que están aprendiendo un idioma. Puedes traducir de manera elegante texto y audio en cualquier aplicación del neerlandés a otros 102 idiomas. También puedes aprender pronunciación y armar un glosario de frases. Únete a otros 800.000 estudiantes.

¿Estás aprendiendo neerlandés?

¡Reemplaza Google Traductor por Mate! Desarrollamos Mate con un hermoso diseño para los usuarios de que están aprendiendo un idioma. Puedes traducir sitios web y subtítulos de Netflix del neerlandés a otros 102 idiomas con solo hacer doble clic. También puedes aprender pronunciación y armar un glosario de frases. Únete a otros 800.000 estudiantes.

Obtén Mate gratis

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou zegenen
jij zou zegenen
hij zou zegenen
wij zouden zegenen
jullie zouden zegenen
zij zouden zegenen
ik zou gezegend hebben
jij zou gezegend hebben
hij zou gezegend hebben
wij zouden gezegend hebben
jullie zouden gezegend hebben
zij zouden gezegend hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik zegen
jij zegent
hij zegent
wij zegenen
jullie zegenen
zij zegenen
ik heb gezegend
jij hebt gezegend
hij heeft gezegend
wij hebben gezegend
jullie hebben gezegend
zij hebben gezegend
ik zegende
jij zegende
hij zegende
wij zegenden
jullie zegenden
zij zegenden
ik had gezegend
jij had gezegend
hij had gezegend
wij hadden gezegend
jullie hadden gezegend
zij hadden gezegend
ik zal zegenen
jij zult zegenen
hij zal zegenen
wij zullen zegenen
jullie zullen zegenen
zij zullen zegenen
ik zal gezegend hebben
jij zult gezegend hebben
hij zal gezegend hebben
wij zullen gezegend hebben
jullie zullen gezegend hebben
zij zullen gezegend hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij zegen

Traducción

Traduce de manera sencilla zegenen al inglés, español, alemán, francés, portugués, ruso, chino y a otros 96 idiomas.

← Conjugar otro verbo en neerlandés