Toen hij zijn naam hoorde, stond de kruising tussen een teckel en een vuilnisbakkenras op van onder de werkbank, waar hij had liggen slapen op de houtkrullen, rekte zich eens lekker uit en rende achter zijn baasje aan.

Hij hoorde een geluid uit de keuken.

Ze huilde van blijdschap toen ze hoorde dat haar zoon de vliegtuigcrash had overleefd.

Hoorde je niet dat je naam genoemd werd?

Ik had het gevoel dat ik moest huilen toen ik het nieuws hoorde.

Ik hoorde de telefoon rinkelen.

Hij trok wit weg toen hij het nieuws hoorde.

Ik liep over de drukke straat, en opeens hoorde ik een schelle schreeuw.

Nadat hij tien seconden lang naar een Arabisch liedje had geluisterd, hoorde Dima eindelijk een bekende stem zeggen: "As-salamoe aleikoem!"

Nadat hij ditmaal twintig seconden lang naar een Arabisch liedje had geluisterd - want als hij tien seconden lang had geluisterd, zou dit een dubbele zin zijn - hoorde Dima eindelijk een bekende stem zeggen: "As-salamoe aleikoem!"

Hij hoorde een noodkreet.

Hoorde je dat geluid?

Hij hoorde de hond blaffen.

Hij deed alsof hij niet hoorde wat ik hem zei.

Hij hoorde hulpgeroep.

Ze barstte uit in tranen van vreugde toen ze het nieuws hoorde.

Ik luisterde, maar hoorde niets.

Hij zou juist in slaap gevallen zijn, toen hij iemand zijn naam hoorde roepen.

Toen ik de informatie op de radio hoorde werd ik heel erg bang.

Ik hoorde een ongewoon geluid.

Plots hoorde hij een eigenaardig geluid.

Toen ze het nieuws hoorde begon ze te wenen.

Toen hij het nieuws hoorde, werd hij bleek.

Ze deed alsof ze me niet hoorde.

Toen hij het lawaai hoorde begon mijn broer te huilen.

Ik hoorde een geluid in de slaapkamer.

Omdat ik niet van hem hoorde, schreef ik hem opnieuw aan.

Hij hoorde een schreeuw om hulp.

Toen ze het verschrikkelijke nieuws hoorde, viel ze in zwijm.

Toen hij dat hoorde, werd hij bleek.

Ik was verwonderd wanneer ik hoorde wat er gebeurd was.

Ik hoorde een vrouw schreeuwen.

Ik hoorde een kreet en daarna een botsing.

Ze deed of ze hem niet hoorde.

Ze werd bleek toen ze het nieuws hoorde.

Hij hoorde een vreemd geluid, dus hij sprong uit bed.

Hij deed alsof hij zijn baas niet hoorde.

Ik hoorde je niet.

Tom hoorde dat Mary gestorven was.

Ik hoorde een geluid in de kamer.

Terwijl ze het verwijt hoorde dat aan haar gericht was, drukte de jonge collega de lippen hard op elkaar.

Tom hoorde Mary in de les snurken.

De journalist hoorde over de oorlog uit eerste hand.

Toen hij de grap hoorde, barstte hij in lachen uit.

Toen ze het nieuws hoorde, barstte ze in tranen uit.

Ze werd bleek toen ze dat nieuws hoorde.

Tom deed alsof hij niets hoorde.

Ik vertel je alleen wat ik hoorde.

Hoorde je wat er vannacht gebeurd is?

Ik dacht dat ik u hoorde.

Ik hoorde dat hij sinds vorige maand ziek is.

Ik hoorde het in de verte donderen.

Ik hoorde u niet.

Hoorde je iets?

Ik hoorde een klopje op de deur.

Ik hoorde haar zingen.

Ik hoorde iemand op de deur kloppen.

Ik dacht dat ik iets hoorde.

Ik hoorde hem zingen.

Je hoorde te wachten.

Wat hoorde er te gebeuren?

Je hoorde er te zijn.

Tom hoorde iets.

Ik hoorde je niet binnenkomen.

Ik hoorde u niet binnenkomen.

Ik hoorde je zingen.

Ik kon niet geloven toen ik hoorde waarom Tom dat deed.

Ik herinner me de eerste keer dat ik dit lied hoorde.

Tom hoorde buiten iets.

Ik was opgelucht toen ik het bericht hoorde.

Ik hoorde herrie uit de keuken.

Ik hoorde lawaai uit de keuken.

Hoorde je niet wat Tom zei?

Ik hoorde dat je terug was.

Ik hoorde dat je terug was gekomen.

Tom hoorde schoten.

Toen hij op het punt stond in de auto te stappen, hoorde hij in huis de telefoon overgaan.

Dat hoorde ik.

Ik hoorde mijn ouders gisteravond fluisteren.

Ik hoorde mijn ouders 's nachts fluisteren.

Volgens mij hoorde ik de stem van een man.

Ik hoorde net iemand roepen.

Ik hoorde net iemand huilen.

Ik hoorde stemmen.

Ik was verbaasd toen ik hoorde dat Thomas en Maria getrouwd waren.

Ik hoorde dat Tom en Maria koppig waren.

Tom hoorde voetstappen achter zich.

Ik antwoordde automatisch toen ik mijn naam hoorde.

Ik hoorde iets.

Ik hoorde dat er onlangs een suikerspinwinkel geopend werd. Laten we gaan, jongens.

Sami hoorde dat de Koran gereciteerd werd.

Sami huilde toen hij Layla de shahada hoorde uitspreken.

Ik kon mijn oren nauwelijks geloven toen ik het nieuws hoorde.

Je hoorde.

Ik hoorde Tom in de keuken.

Ze werd midden in de nacht wakker en hoorde een vreemd geluid uit de keuken komen.

Ik hoorde jou.

Tom hoorde Maria lachen.

Tom zei dat hij iemand hoorde schreeuwen.

Ik hoorde dat Tom in Australië woont.

Ik hoorde iemand op straat mijn naam roepen.