Dutch example sentences with "helemaal"

Learn how to use helemaal in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Ik begrijp niet helemaal wat hij zegt.

Eigenlijk vond ze het helemaal niet leuk, maar ze zei niets.

Hij deed zo zijn best dat hij er helemaal rood van werd.

Misschien heeft dit wel helemaal niets te maken met het probleem dat we hebben.

Ik ben geen kunstenaar. Daar ben ik helemaal niet geschikt voor.

Die vent is helemaal gestoord!

Die vent is helemaal kierewiet!

De auto zit helemaal in elkaar, want de bestuurder lette niet op.

"Wanneer kom je terug?" "Dat hangt helemaal van het weer af."

Ik vind alles shit of helemaal niet.

Priemgetallen zijn als het leven, ze zijn helemaal logisch, maar het is onmogelijk er regels voor te vinden, zelfs als je al tijd wijdt aan het nadenken erover.

Het is niet helemaal exact.

Ik vind die combinatie helemaal geweldig.

Liever met je hoofd door de muur dan helemaal geen raam!

Fantasie is iets, dat de meeste mensen zich helemaal niet kunnen voorstellen.

Ik kende die vrouw helemaal niet.

Je hebt helemaal gelijk.

Maar we hebben helemaal niets gemeen.

Hij heeft helemaal geen interesse in kunst.

Voordat de brandweer arriveerde, was het huis helemaal afgebrand.

Bill en zijn jongere broer lijken helemaal niet op elkaar.

Het is helemaal niet zeldzaam langer dan negentig jaar te leven.

Er was helemaal geen regen de afgelopen drie maanden.

Eerlijk gezegd ging deze zaak haar helemaal niets aan.

Het feest was helemaal niet mooi.

Een taal spreken is één ding, maar iemand een taal leren is iets helemaal anders.

Dit is wat wiskundigen en Fransen gemeen hebben: wat je hen ook probeert uit te leggen, ze vertalen het op hun eigen manier en verdraaien het in iets wat helemaal anders is.

Fictieromans verkopen beter dan realiteit. In feite verkoopt realiteit helemaal niet.

"Ik... dat weet ik eigenlijk ook niet," gaf Dima toe. "Soms slaat dit verhaal echt helemaal nergens op."

Ik ben het helemaal met je eens.

De pastei is niet helemaal gaar.

Je rug is helemaal wit.

Lange rokken zijn helemaal modern.

Vandaag is er helemaal geen wind.

"Ben je moe?" "Nee, helemaal niet."

Zij is spraakzaam, maar haar echtgenoot is helemaal tegengesteld en spreekt nooit.

Hij is helemaal niet te veranderen, je moet hem zo aanvaarden!

Dit is helemaal niet groot.

De appels op de fruitschaal lagen er al zo lang, dat ze helemaal zacht en gerimpeld begonnen te worden.

Als je bananen in de koelkast stopt, wordt de schil helemaal bruin.

Je moet nodig de plantjes water geven, sommige hangen helemaal slap.

Ik ben helemaal niet moe.

Dit gezegd zijnde, moet ik eraan toevoegen dat ik er zelf ook niet helemaal zeker van ben.

De zoon van de koning, die terugkeerde van de jacht, ontmoette haar; en toen hij zag dat ze zo mooi was, vroeg hij haar, wat ze daar helemaal alleen deed en waarom ze weende.

Zijn naam ben ik helemaal vergeten.

Ik ken haar helemaal niet.

Ik ben zijn naam helemaal vergeten.

Vorig jaar kwam ik terug thuis en was ik verrast, dat het dorp en de mensen helemaal veranderd waren.

Dit heeft helemaal niets met u te maken.

Zij is helemaal niet eerlijk.

Hij woonde daar helemaal alleen.

Zijn kamer ligt helemaal overhoop.

Ik heb u niet helemaal verstaan.

Ik heb niet helemaal ongelijk.

Hij gelooft mij helemaal niet.

Dat is helemaal niet juist.

De heuvel was helemaal bedekt met sneeuw.

Die politieker is helemaal niet eerlijk.

Zij was helemaal in het zwart gekleed.

Ik weet helemaal niets over dat plan.

Ik ben helemaal niet tevreden met het resultaat.

Ik herinner mij zijn naam niet helemaal.

Hij was helemaal niet dankbaar aan zijn oude leraar.

"Ik versta perfect Italiaans" pochte zij, terwijl ze een schotel uit het menu koos. Maar toen het eten opgediend werd, was het helemaal niet wat ze verwacht had.

Ik geloof niet dat dat kind helemaal alleen naar Tokio gekomen is.

Om de waarheid te zeggen, deze zaak ging haar helemaal niet aan.

Ik heb het verslag helemaal uitgeschreven.

Ik ben het niet helemaal eens met u.

Hij heeft helemaal gelijk.

Dat schrikt mij helemaal niet af.

Zonder u was mijn leven helemaal leeg geweest.

Dit heeft helemaal niets te maken met ons plan.

Hij was helemaal bezweet.

Alhoewel ze vleugels hebben, zijn auto's nog niet helemaal in staat om te vliegen.

De kamer stond helemaal vol meubels.

Buiten is het helemaal donker.

Ge waart niet helemaal verkeerd.

Ge hebt helemaal gelijk.

Dat is helemaal waar.

Ik ben helemaal niet van plan u de uitslag te vertellen.

Alleen achtergebleven, voelde ze zich helemaal uitgeput.

Deze politiek is helemaal niet eerlijk.

Ik spreek helemaal geen Frans.

Als we hier stoppen, moeten we helemaal opnieuw van nul beginnen!

Hij kent helemaal geen Frans.

Ik heb mijn handen helemaal vuil gemaakt.

Men kan deze boeddhistische afbeelding niet helemaal juist dateren.

Ik heb herhaald wat hij zei, helemaal zoals hij het gezegd heeft.

Helemaal niet!

De volgende morgen was de sneeuwman helemaal gesmolten.

Het zou kunnen dat het geluk dat ons daar wacht, helemaal niet het soort geluk is dat we onszelf toewensen.

Hij is eerlijk en vlijtig, maar zijn broer is helemaal het tegenovergestelde.

Ik heb het boek helemaal uitgelezen.

Hij heeft het helemaal mis.

Ik wil helemaal niet in een grote stad leven.

Uw opmerking op het feest over het gewicht van Lisa was helemaal misplaatst.

De leraar heeft helemaal geen gezag over zijn leerlingen.

Een leven zonder liefde heeft helemaal geen zin.

Ik wil helemaal geen melk.

Ze sloegen helemaal geen acht op de waarschuwing.

Ho! Ge hebt helemaal gelijk!

Also check out the following words: hem, had, Kleren, man, Geef, sleutel, kasteel, zal, jou, boek.