Je kunt maar beter een tijdje gaan slapen.

Je kunt het!

Je kunt waarschijnlijk wel raden wat er gaat gebeuren.

Als je het geel verft, sla je twee vliegen in één klap: én het valt goed op, én je bespaart geld omdat je verf kunt gebruiken die je al in huis hebt.

U kunt maar beter weggaan.

Kunt u me nog een andere laten zien?

Ik denk dat je je maar beter netjes kunt gedragen.

Je kunt niet van me verwachten dat ik altijd overal aan denk!

Kunt u me helpen?

Je kunt water drinken, maar dat kun je ook laten.

Water kun je drinken, maar je kunt het ook laten lopen.

Water kun je drinken, maar je kunt het ook aangeven.

Water kun je drinken, maar je kunt er ook aan voorbijgaan.

Kunt u ons een paar voorbeelden geven?

Kunt u langzamer spreken alstublieft?

Kunt u de benodigde papieren inleveren?

U kunt een bericht achterlaten na de pieptoon of bonbons in onze brievenbus doen.

Kunt u me deze foto's laten zien, alstublieft?

Kunt u dat bewijzen?

Kunt u mij het zout even aangeven?

Kunt u mij de weg naar het station wijzen?

Kunt u mij een papieren zakje geven?

Kunt u me uitleggen waarom er in bijna elk dorp twee kerken zijn?

Stel nooit uit tot morgen wat je overmorgen kunt doen.

Deze ster is zo groot, dat je hem met het blote oog kunt zien.

Kunt u mij een goed fototoestel aanraden?

Kunt u alstublieft uitleggen hoe ik daar kom?

Geluk is de kunst een boeket te maken van de bloemen waar je bij kunt.

Stel niet uit tot morgen wat je vandaag kunt doen.

Je kunt me op dit nummer bereiken.

Kunt u dat alstublieft spellen?

Het is buiten zo warm dat je een ei kunt bakken.

Kunt u een taxi voor me bestellen?

"We geven geen kortingen," zei de vrouw streng, "ongeacht hoe klein. En wilt u nu alstublieft het pak uittrekken als u het zich niet kunt veroorloven?"

Het is warm vandaag, dus je kunt in zee zwemmen.

Kom zo snel je kunt.

Het leven is als ganzenborden: je kunt altijd opnieuw beginnen, tenzij je in de put blijft zitten.

Als je niet met je voeten bij de grond kunt, moet je het zadel verstellen, want dan staat het te hoog.

Je kunt een lied zingen.

Kunt gij in het Esperanto alles zeggen wat ge kwijt wilt?

Kunt ge mij het recept voor uw salade geven?

Ge kunt veel vrienden hebben, totdat ge bij hen wilt gaan logeren.

Ge kunt kiezen tussen deze en deze.

Kunt u mij een hotel aanbevelen?

Een zakdoek is bedoeld om je neus in te snuiten, maar je kunt hem ook gebruiken om je tranen mee af te vegen, of je kunt er een knoop in leggen wanneer je iets niet moet vergeten.

Een zakdoek is bedoeld om je neus in te snuiten, maar je kunt hem ook gebruiken om je tranen mee af te vegen, of je kunt er een knoop in leggen wanneer je iets niet moet vergeten.

Kom met ons mee als je kunt.

Excuseert u mij, kunt u mij de weg naar het postkantoor wijzen?

Kunt u mij de weg naar de haven wijzen?

Kunt ge schaak spelen?

De radio staat te luid. Kunt ge hem niet wat stiller zetten?

Kunt u wat luider spreken a.u.b.?

Ah, als je het kunt dubben, mag ik dan ook een kopie?

Kunt u mij de weg naar de bushalte wijzen?

Kunt ge u voorstellen hoe mijn leven is?

Kunt ge mij het zout geven a.u.b.?

Kunt u een stuk papier brengen a.u.b.?

Kunt ge mij helpen als ik verhuis?

Spring zo hoog als ge kunt.

Kunt ge met de trein naar kantoor gaan?

In alle geval kunt ge beter gehoorzamen aan uw ouders.

Stel u voor dat ge begint te hikken en niet meer kunt ophouden.

Goed, ge kunt mij vertrouwen.

Ge kunt mijn woordenboek gebruiken.

Kunt gij deze rivier al zwemmend oversteken?

Kunt u dit spellen, a.u.b.?

Kunt ge morgen uw zaken afhandelen zonder de auto? Ik heb hem nodig.

Ge kunt toch dansen, ja?

Kunt ge een taxi voor mij bestellen?

Ik heb u nooit zien koken. Kunt gij werkelijk iets klaarmaken?

"Kunt gij gitaar spelen?" "Ja."

Kunt u mij doorlaten a.u.b.?

Kunt ge mij uitleggen wat PKO betekent?

Waarom kunt ge niet komen?

Kom als ge kunt.

Kunt ge zondagavond komen?

Kunt gij een computer gebruiken?

Kunt gij een computer nuttig gebruiken?

Kunt ge mij het stelen aanleren?

Kunt ge dat herhalen?

Ge kunt niet voor iedereen goed doen.

Ge kunt niet te oplettend zijn bij het besturen van een auto.

Kunt gij een taxi oproepen voor mij?

Als ge iemand vragen kunt doen stellen, stuurt ge het gesprek naar uw doel.

U kunt binnenkomen.

Ge kunt hetzelfde om het even waar vinden.

Kunt ge het niet uitstellen tot morgen?

Wat gebeurt er, kunt gij die taal spreken?

Je kunt evengoed een naald in een hooiberg zoeken.

Morgen kunt ge mij bezoeken.

Als ge dit boek al uitgelezen hebt, kunt ge het mij dan lenen?

Hoeveel talen kunt ge goed spreken?

Kunt ge mij leren vliegen?

Je bent geen eigenaar van dit opslagbestand. Je kunt je voortgang niet opslaan. Trofeeën zijn niet beschikbaar.

Ge kunt de piano niet opheffen.

Ge kunt uzelf niet doden door de adem in te houden.

Ge kunt beter niet over het incident spreken met de vader.

Ge kunt zo lang blijven als ge wilt.

Kunt ge haar onderscheiden van haar zus?

Kunt ge het aan dit uiteinde vasthouden?

Kunt gij orgel spelen?