fluorideren | conjugaison

'fluorideren' verbe néerlandais conjugué dans tous les temps et formes.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate ! Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent des Mac. Traduire les sites Web, les sous-titres Netflix, ou tout autre chose en néerlandais et 102 autres langues en un double-clic, vérifier les synonymes, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants avec un essai de 7 jours.

Essayez gratuitement

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un smartphone. Traduisez élégamment du texte et de la parole en néerlandais et 102 autres langues, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un navigateur. Traduire les sites web et les sous-titres Netflix en néerlandais et 102 langues en un double-clic, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Installez gratuitement

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou fluorideren
jij zou fluorideren
hij zou fluorideren
wij zouden fluorideren
jullie zouden fluorideren
zij zouden fluorideren
ik zou gefluorideerd hebben
jij zou gefluorideerd hebben
hij zou gefluorideerd hebben
wij zouden gefluorideerd hebben
jullie zouden gefluorideerd hebben
zij zouden gefluorideerd hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik fluorideer
jij fluorideert
hij fluorideert
wij fluorideren
jullie fluorideren
zij fluorideren
ik heb gefluorideerd
jij hebt gefluorideerd
hij heeft gefluorideerd
wij hebben gefluorideerd
jullie hebben gefluorideerd
zij hebben gefluorideerd
ik fluorideerde
jij fluorideerde
hij fluorideerde
wij fluorideerden
jullie fluorideerden
zij fluorideerden
ik had gefluorideerd
jij had gefluorideerd
hij had gefluorideerd
wij hadden gefluorideerd
jullie hadden gefluorideerd
zij hadden gefluorideerd
ik zal fluorideren
jij zult fluorideren
hij zal fluorideren
wij zullen fluorideren
jullie zullen fluorideren
zij zullen fluorideren
ik zal gefluorideerd hebben
jij zult gefluorideerd hebben
hij zal gefluorideerd hebben
wij zullen gefluorideerd hebben
jullie zullen gefluorideerd hebben
zij zullen gefluorideerd hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij fluorideer

Traduction

Traduisez sans effort fluorideren en anglais, espagnol, allemand, portugais, russe, chinois, et 97 autres langues.

← Conjuguer un autre verbe néerlandais