fluctueren | conjugaison

'fluctueren' verbe néerlandais conjugué dans tous les temps et formes.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate ! Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent des Mac. Traduire les sites Web, les sous-titres Netflix, ou tout autre chose en néerlandais et 102 autres langues en un double-clic, vérifier les synonymes, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants avec un essai de 7 jours.

Essayez gratuitement

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un smartphone. Traduisez élégamment du texte et de la parole en néerlandais et 102 autres langues, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un navigateur. Traduire les sites web et les sous-titres Netflix en néerlandais et 102 langues en un double-clic, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Installez gratuitement

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou fluctueren
jij zou fluctueren
hij zou fluctueren
wij zouden fluctueren
jullie zouden fluctueren
zij zouden fluctueren
ik zou gefluctueerd hebben
jij zou gefluctueerd hebben
hij zou gefluctueerd hebben
wij zouden gefluctueerd hebben
jullie zouden gefluctueerd hebben
zij zouden gefluctueerd hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik fluctueer
jij fluctueert
hij fluctueert
wij fluctueren
jullie fluctueren
zij fluctueren
ik heb gefluctueerd
jij hebt gefluctueerd
hij heeft gefluctueerd
wij hebben gefluctueerd
jullie hebben gefluctueerd
zij hebben gefluctueerd
ik fluctueerde
jij fluctueerde
hij fluctueerde
wij fluctueerden
jullie fluctueerden
zij fluctueerden
ik had gefluctueerd
jij had gefluctueerd
hij had gefluctueerd
wij hadden gefluctueerd
jullie hadden gefluctueerd
zij hadden gefluctueerd
ik zal fluctueren
jij zult fluctueren
hij zal fluctueren
wij zullen fluctueren
jullie zullen fluctueren
zij zullen fluctueren
ik zal gefluctueerd hebben
jij zult gefluctueerd hebben
hij zal gefluctueerd hebben
wij zullen gefluctueerd hebben
jullie zullen gefluctueerd hebben
zij zullen gefluctueerd hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij fluctueer

Traduction

Traduisez sans effort fluctueren en anglais, espagnol, allemand, portugais, russe, chinois, et 97 autres langues.

← Conjuguer un autre verbe néerlandais