extrapoleren | conjugaison

'extrapoleren' verbe néerlandais conjugué dans tous les temps et formes.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate ! Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent des Mac. Traduire les sites Web, les sous-titres Netflix, ou tout autre chose en néerlandais et 102 autres langues en un double-clic, vérifier les synonymes, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants avec un essai de 7 jours.

Essayez gratuitement

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un smartphone. Traduisez élégamment du texte et de la parole en néerlandais et 102 autres langues, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un navigateur. Traduire les sites web et les sous-titres Netflix en néerlandais et 102 langues en un double-clic, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Installez gratuitement

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou extrapoleren
jij zou extrapoleren
hij zou extrapoleren
wij zouden extrapoleren
jullie zouden extrapoleren
zij zouden extrapoleren
ik zou geëxtrapoleerd hebben
jij zou geëxtrapoleerd hebben
hij zou geëxtrapoleerd hebben
wij zouden geëxtrapoleerd hebben
jullie zouden geëxtrapoleerd hebben
zij zouden geëxtrapoleerd hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik extrapoleer
jij extrapoleert
hij extrapoleert
wij extrapoleren
jullie extrapoleren
zij extrapoleren
ik heb geëxtrapoleerd
jij hebt geëxtrapoleerd
hij heeft geëxtrapoleerd
wij hebben geëxtrapoleerd
jullie hebben geëxtrapoleerd
zij hebben geëxtrapoleerd
ik extrapoleerde
jij extrapoleerde
hij extrapoleerde
wij extrapoleerden
jullie extrapoleerden
zij extrapoleerden
ik had geëxtrapoleerd
jij had geëxtrapoleerd
hij had geëxtrapoleerd
wij hadden geëxtrapoleerd
jullie hadden geëxtrapoleerd
zij hadden geëxtrapoleerd
ik zal extrapoleren
jij zult extrapoleren
hij zal extrapoleren
wij zullen extrapoleren
jullie zullen extrapoleren
zij zullen extrapoleren
ik zal geëxtrapoleerd hebben
jij zult geëxtrapoleerd hebben
hij zal geëxtrapoleerd hebben
wij zullen geëxtrapoleerd hebben
jullie zullen geëxtrapoleerd hebben
zij zullen geëxtrapoleerd hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij extrapoleer

Traduction

Traduisez sans effort extrapoleren en anglais, espagnol, allemand, portugais, russe, chinois, et 97 autres langues.

← Conjuguer un autre verbe néerlandais