'binnendruppelen' verbe néerlandais conjugué dans tous les temps et formes.
Remplacez Google Translate par Mate ! Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent des Mac. Traduire les sites Web, les sous-titres Netflix, ou tout autre chose en néerlandais et 102 autres langues en un double-clic, vérifier les synonymes, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants avec un essai de 7 jours.
Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un smartphone. Traduisez élégamment du texte et de la parole en néerlandais et 102 autres langues, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.
Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un navigateur. Traduire les sites web et les sous-titres Netflix en néerlandais et 102 langues en un double-clic, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.
Installez gratuitementik | zou binnendruppelen |
jij | zou binnendruppelen |
hij | zou binnendruppelen |
wij | zouden binnendruppelen |
jullie | zouden binnendruppelen |
zij | zouden binnendruppelen |
ik | zou gebinnendruppeld hebben |
jij | zou gebinnendruppeld hebben |
hij | zou gebinnendruppeld hebben |
wij | zouden gebinnendruppeld hebben |
jullie | zouden gebinnendruppeld hebben |
zij | zouden gebinnendruppeld hebben |
ik | binnendruppel |
jij | binnendruppelt |
hij | binnendruppelt |
wij | binnendruppelen |
jullie | binnendruppelen |
zij | binnendruppelen |
ik | heb gebinnendruppeld |
jij | hebt gebinnendruppeld |
hij | heeft gebinnendruppeld |
wij | hebben gebinnendruppeld |
jullie | hebben gebinnendruppeld |
zij | hebben gebinnendruppeld |
ik | binnendruppelde |
jij | binnendruppelde |
hij | binnendruppelde |
wij | binnendruppelden |
jullie | binnendruppelden |
zij | binnendruppelden |
ik | had gebinnendruppeld |
jij | had gebinnendruppeld |
hij | had gebinnendruppeld |
wij | hadden gebinnendruppeld |
jullie | hadden gebinnendruppeld |
zij | hadden gebinnendruppeld |
ik | zal binnendruppelen |
jij | zult binnendruppelen |
hij | zal binnendruppelen |
wij | zullen binnendruppelen |
jullie | zullen binnendruppelen |
zij | zullen binnendruppelen |
ik | zal gebinnendruppeld hebben |
jij | zult gebinnendruppeld hebben |
hij | zal gebinnendruppeld hebben |
wij | zullen gebinnendruppeld hebben |
jullie | zullen gebinnendruppeld hebben |
zij | zullen gebinnendruppeld hebben |
jij | binnendruppel |