Dutch example sentences with "verhaal"

Learn how to use verhaal in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Ik heb dat verhaal in een of ander boek gelezen.

Gisteren heb ik een erg interessant verhaal gelezen.

Mocht iemand vragen waar het in het verhaal om gaat, zou ik het echt niet weten.

Je kan niet verwachten dat hij het verhaal kent, aangezien hij het nog niet gelezen heeft.

Toen ik klein was, kwamen opa en oma nog om op te passen. 's Avonds op bed las oma me voor. Of opa vertelde een verhaal.

Dit is een verhaal over sterren.

Haar verhaal kan niet waar zijn. Ze liegt vaak.

Zijn verdrietige verhaal raakte me.

Wie is de auteur van dit verhaal?

Zijn verhaal was de eenvoud zelve.

Kan zijn verhaal waar zijn?

Mijn moeder heeft ons een interessant verhaal verteld.

Gisteren las ik een interessant verhaal.

Zijn verhaal klinkt correct.

"Ik... dat weet ik eigenlijk ook niet," gaf Dima toe. "Soms slaat dit verhaal echt helemaal nergens op."

"Is zijn verhaal waar?" "Ik vrees van niet."

Zijn verhaal is waar.

Alhoewel herhalend, toch een prachtig verhaal!

Vertel een mooi verhaal aan mijn jonge vriend.

Zijn verhaal klinkt raar.

Ik zal u mijn verhaal vertellen.

Zijn verhaal bleek waar te zijn.

Wat volgt is zijn verhaal.

Het is moeilijk dit verhaal aan te passen voor kinderen.

Het is zijn verhaal zonder einde waaraan ik mij dood verveelde.

Ik heb dat verhaal al tientallen keren gehoord.

Niemand zal zijn verhaal geloven.

Ik heb dat verhaal gehoord.

Gisteren heb ik een echt interessant verhaal gelezen.

Zijn verhaal is raar, maar geloofwaardig.

Zijn verhaal was te belachelijk om door wie ook te worden geloofd.

Zijn verhaal was interessant.

Dat is een ongeloofwaardig verhaal.

Zijn verhaal is vreemd, maar geloofwaardig.

Dat verhaal doet me denken aan de persoon die ik in New York heb ontmoet.

Een deel van zijn verhaal is waar.

Ze vertelde me een interessant verhaal.

Ik twijfel aan de waarheid van dit verhaal.

Was haar verhaal waar?

De oude man vertelde de kinderen een amusant verhaal.

Ik kan zijn verhaal nauwelijks geloven.

Dat verhaal lijkt waar te zijn.

Vertel mij een mooi verhaal.

Dit is het eind van mijn verhaal.

Hij verzon dat verhaal.

Hij vertelde het verhaal aan zijn broer.

Vertel me het verhaal.

Het is noodzakelijk om met drie te zijn om een goed verhaal te waarderen: één om het goed te vertellen, één om ervan te genieten en één om er niets van te begrijpen. Omdat het plezier van de twee eersten verdubbeld wordt door het onbegrip van de derde.

Ik heb nog nooit zo'n verhaal gehoord.

Ge kent de rest van het verhaal.

Hij vertelde mij een zielig verhaal.

Het verhaal kan eigenaardig klinken, maar het is waar.

Ze wilde echt het verhaal vertellen.

Zijn verhaal deed ons lachen.

Ze las een leuk verhaal aan de kinderen voor.

Ik vertrouw zijn verhaal niet.

Ik denk dat het verhaal waar is.

Ze verzonnen een onwaarschijnlijk verhaal.

Hoeveel personages zijn er in je verhaal?

Wat een raar verhaal!

Tom wil beide kanten van het verhaal horen.

Hij heeft het hele verhaal uit zijn duim gezogen.

Het is een waargebeurd verhaal.

Wij waren heel erg geamuseerd van haar verhaal.

Ik zal jou mijn verhaal vertellen.

Dit verhaal is gebaseerd op zijn eigen ervaring.

Iedereen was geïnteresseerd in het verhaal.

En zo begint een verhaal van leed en wraak.

Veel mensen willen niet geloven dat dit een verzonnen verhaal is.

Ik geloof dit verhaal niet.

Een deel van haar verhaal is waar.

Tom gelooft dat verhaal echt.

Hij was verheugd over het verhaal.

Gaat u verder met uw verhaal.

Ik ken het hele verhaal.

Het is een heel treurig verhaal.

Kom, vertel ons nu het hele verhaal!

Dat verhaal klinkt geloofwaardig.

Mijn kinderen houden erg van het verhaal van Sneeuwwitje.

Mijn kinderen houden erg van het verhaal van Sneeuwmeisje.

Zijn verhaal was verzonnen.

Tom wist dat het verhaal niet waar was.

Ik denk, dat ze dit verhaal heeft verzonnen.

Wat een triest verhaal.

Welk verhaal zit erachter?

Ik raakte de draad van 't verhaal kwijt.

Mijn verhaal is wat lang.

De heldin van dat verhaal is een klein meisje.

Het verhaal was heel interessant.

Dat is een mooi verhaal.

Dat is een leuk verhaal.

Dat was een hartverscheurend verhaal.

Tom genoot van Mary's verhaal.

Is zijn verhaal waar?

Het verhaal beviel ons zeer.

Om een lang verhaal in te korten, we kunnen uw aanbod niet accepteren.

Hij vertelde mij een heel ongeloofwaardig verhaal.

Tom vertelde mij een raar verhaal.

Ik geloof dat verhaal niet.

Wat is hun verhaal?

Net zoals de meeste Inca's, geloofde hij in dit verhaal.

Also check out the following words: Itsjiro, gesmolten, gekregen, ernstige, financiële, problemen, Lees, krant, want, hoogte.