Dutch example sentences with "niemand"

Learn how to use niemand in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Geweldig. Niemand geeft me iets.

Er is niemand die met mij mee wil.

Niemand komt erachter.

Niemand begrijpt me.

Met zulk weer gaat niemand naar buiten.

Ik wilde niemand beledigen.

Niemand schonk aandacht aan zijn waarschuwing.

Niemand kan denken, maar iedereen heeft zijn mening klaar.

In de kamer stond een piano, maar er was niemand die erop speelde.

Als ik ze bel, neemt er niemand op.

De trein zat zo vol, dat niemand van ons kon zitten.

Er is niemand van ons die zijn eerlijkheid niet respecteert.

Hij denkt dat hij iemand is, maar eigenlijk is hij niemand.

Iedereen denkt erover om de wereld te veranderen, maar niemand denkt erover om zichzelf te veranderen.

Hij verklapte het geheim aan haar toen er niemand meer was.

Niemand was aanwezig.

Niemand wordt gelukkig van oorlog.

Als niemand weet dat iets bestaat, dan is het ongeveer net zo, alsof het niet zou bestaan.

Zonder geluk vaart niemand wel.

Niemand kan een dichter worden.

Niemand rende voor hem uit.

Niemand weet echt hoe een ufo eruitziet.

Hij liet niemand zich met zijn privézaken bemoeien.

Niemand kent zijn echte naam.

Hij liep op zijn tenen, opdat niemand hem kon horen.

En niemand heeft je geholpen?

Niemand woont in dit huis.

Vandaag wil ik niemand zien.

In dit gebouw woont niemand.

Niemand.

Vreemd dat niemand ons kent.

Je hebt me gevonden waar niemand zocht.

Niemand is te oud om te leren.

Niemand luisterde naar de toespraak.

Niemand luisterde naar de speech.

Niemand weet waar Bill naartoe is.

De waarheid ligt in het midden van een heelal waarvan niemand de grenzen kent.

Vroeger, toen ik nog op turnen zat, heb ik ooit eens mijn enkel verstuikt toen ik alleen een flikflak probeerde te doen. Ik had dat nog nooit alleen gedaan, maar ik durfde geen hulp te vragen, omdat ik net in een nieuwe groep zat en nog niemand kende.

Niemand kan dit probleem oplossen.

De heer Iuchi heeft niemand om hem te helpen.

Niemand zit hier.

Niemand mag vertrekken zonder toestemming.

Een ideale baas is als de dood: hij vergeet niemand.

Niemand weet wat hem morgen overkomt.

Alle appels zijn op, maar niemand heeft een peer gegeten.

Rijk is, wie aan niemand schuld heeft.

Niemand is sant in eigen land.

Er woont niemand in dit huis.

Niemand zal het weten.

Maar over zijn zus kunnen we zeggen, dat ze zo hatelijk werd, dat haar eigen moeder ze wegjoeg; en het ongelukkige meisje had zoveel gelopen en niemand gevonden, die haar wilde opvangen, dat ze weldra omkwam in een hoek van het bos.

Het verleden zal nooit terugkeren; de toekomst kent nog niemand.

Niemand is vrij; zelfs de vogels zijn geketend aan de lucht.

Niemand wil buiten werken op een koude dag.

Niemand heeft haar aangemoedigd.

Niemand heeft hem aangemoedigd.

Als niemand de koekjes wil eten, zal ik ze nemen.

Hij keek rond, maar zag niemand.

Hij kent niemand van ons.

Niemand vertrouwt hem nog.

Niemand kan alles weten.

Niemand zal ons tegenhouden.

Er was niemand in de tuin.

Niemand zou mijn werk kunnen doen.

Er is niemand in de kamer.

Ze wou niemand krenken met haar opmerking.

Niemand wou ons helpen.

Niemand ziet zijn eigen bult.

Het is raar dat niemand ons kent.

Niemand van ons was bewust van zijn beslissing te winnen in de langeafstandsloop.

Niemand van de klas loopt even snel als hij.

Niemand lette op haar.

Ik heb niemand op wie ik kan vertrouwen.

Niemand heeft het probleem opgelost.

Niemand kwam mij helpen.

Zij houdt van niemand en niemand houdt van haar.

Zij houdt van niemand en niemand houdt van haar.

Ik heb niemand gezien.

Tegenwoordig kan niemand zich een leven zonder televisie voorstellen.

Niemand zal zijn verhaal geloven.

Ook als niemand meekomt, ga ik toch naar die film kijken.

Spreek hierover met niemand.

Niemand wil zijn zinnen vertalen, omdat ze dom zijn.

Niemand kan de dood ontsnappen.

Niemand van zijn studenten kon het vraagstuk oplossen.

Hij liet niemand zich met zijn zaken bemoeien.

Niemand kon raden, in die dagen, welke plaats Martin Luther King zou krijgen in de geschiedenis.

Er kwam niemand.

Niemand wist van zijn literaire talent.

Niemand kan tweehonderd jaar leven.

Ze zei dat ik het aan niemand moest vertellen. Dus heb ik mijn mond gehouden.

Er was niemand daar.

Als het op snurken aankomt kan niemand meneer Snurk verslaan.

Niemand wist het.

Niemand kan hem begrijpen.

Eerst geloofde niemand mij.

Er is niemand bij de ingang.

Niemand kon het juiste antwoord geven.

Niemand thuis?

Niemand kon zeker weten wat er dan zou gebeuren.

Hulp! Is er niemand daar?

Niemand wist waar ze was.

Also check out the following words: onjuist, enquêteformulier, uitgedeeld, room, telefooncel, richtte, pistool, essentieel, bestuderen, behoeve.