Dutch example sentences with "minuten"

Learn how to use minuten in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

We moesten tien minuten op hem wachten.

Vader is ongeveer tien minuten geleden thuisgekomen.

Als je binnen drie minuten je bord niet leeg hebt, krijg je geen toetje.

De trein gaat iedere dertig minuten.

De bushalte is hier tien minuten lopen vandaan.

Hij komt over tien minuten.

Lori stelde voor tien minuten te pauzeren.

De trein is vandaag tien minuten te laat.

Na tien minuten gingen ze over op een volgend thema.

Laat de thee tien minuten trekken.

De bus kwam tien minuten te laat.

Af en toe een meditatie van enkele minuten per etmaal helpt echt mijn welbevinden.

Zonder lucht kan men zelfs geen 10 minuten blijven leven.

Kan ik je over twintig minuten terugbellen?

De bushalte is te voet op vijf minuten van hier.

Na tien minuten was alles terug in orde.

De vergadering is dertig minuten geleden geëindigd.

Ik heb de trein gemist op twee minuten na.

Mijn horloge gaat 5 minuten achter in een dag.

Laten wij tien minuten pauze nemen.

Mijn huis is te voet op tien minuten van het station.

De trein heeft een vertraging van dertig minuten.

Twintig minuten waren er nodig om te voet van het station naar de school te gaan.

Ik ga alle dertig minuten naar de wc.

Ik zal maar enkele minuten nodig hebben.

Hij is hier tien minuten geleden aangekomen.

De school bevindt zich te voet op vijf minuten van het station.

Zet 48 uur om in minuten, hoeveel minuten zijn dat?

Zet 48 uur om in minuten, hoeveel minuten zijn dat?

Mijn vader is tien minuten geleden thuisgekomen.

Iemand heeft voor u gebeld tien minuten geleden.

Het spijt mij dat ik u tot voor enkele minuten voor een leugenaar gehouden heb.

Tom zal hier over enkele minuten zijn.

Hij zal over tien minuten terug zijn.

Mijn school ligt op ongeveer tien minuten van het station.

Dus kan ik nog vijf minuten langer slapen.

Zij wacht al 30 minuten op hem.

Een uur heeft zestig minuten.

De toekomst was vijf minuten geleden.

Toen je belde, sliep mijn tweelingbroer al enkele minuten.

Een hond sprong in de zetel en bleef daar onbeweeglijk voor vijf minuten.

Zestig minuten maken een uur, en een minuut bestaat uit zestig seconden.

Gelieve vijf minuten te wachten.

Ik ben over tien minuten terug.

Hij kan een mijl lopen in vier minuten.

In het Esperanto bestaat er maar een vervoeging. Men kan ze leren in 15 minuten.

Neen, het loopt per dag tien minuten voor.

Over twintig minuten bel ik terug.

Laten we tien minuten pauzeren.

Te voet is het maar tien minuten ver.

Mijn huis ligt op slechts vijf minuten lopen van het station.

Het kostte ons ongeveer vijf minuten om van het station naar het huis van mijn oom te komen.

Ik raad je echter aan om de JR Narita Express te nemen (een trein vertrekt elke 30-60 minuten vanaf de luchthaven), om te voorkomen dat je moet overstappen.

Een hond sprong in de stoel en bleef daar vijf minuten onbeweeglijk zitten.

Laat haar. Ze heeft enkele minuten nodig om op zichzelf te zijn.

De bus kwam twee minuten te vroeg.

De trein vertrekt over vijf minuten.

De trein vertrekt binnen vijf minuten.

Mijn klok loopt vijf minuten voor.

De wekker loopt tien minuten voor.

Zet de klok goed. Hij loopt tien minuten voor.

De klok loopt tien minuten achter.

De school bevindt zich op slechts 5 minuten lopen.

Laten we nog vijf minuten wachten.

Kan je tien minuten wachten?

Onze vlucht was vertraagd met dertig minuten.

In het leger moet je je in twee minuten aankleden.

Zestig minuten is een uur en zestig seconden is een minuut.

Ik heb tien minuten lang gewacht.

Ik ben net opgestaan. Geef me alsjeblieft een paar minuten om me klaar te maken.

Het is maar een korte weg, dus je kan daar heen lopen in een paar minuten.

De trein heeft 30 minuten vertraging.

Na enige minuten begon ik interesse in het gesprek te verliezen.

Ik moet mijn horloge twee minuten vooruit zetten.

Onze school is minder dan tien minuten lopen vanaf mijn huis.

Het kostte Mary maar een paar minuten om de tafel te dekken.

Het kost twintig minuten om van het station naar school te lopen.

Mijn moeder is 10 minuten geleden weggegaan.

Mijn huis ligt op tien minuten te voet van het station.

Mijn flat ligt op minder dan vijf minuten gaans van het station.

In Esperanto is er maar één enkele verbuiging. Die kan men leren in minder dan vijftien minuten.

Haast u. De trein vertrekt over enkele minuten. We willen hem niet missen.

De bus rijdt iedere vijftien minuten.

Ik kom over enkele minuten terug.

"Geeft uw horloge de juiste tijd aan?" "Neen, ze loopt iedere dag tien minuten voor".

Ik wacht nog vijf minuten.

Over tien minuten ben ik vrij.

Kan je me tien minuten helpen?

Zou je me tien minuten kunnen helpen?

Hij woont op slechts dertig minuten rijden van Barlaston.

Kun je me een paar minuten geven, ik wil even iemand bellen.

Ik moet mijn horloge twee minuten vroeger zetten.

Hoeveel minuten heb je ongeveer nodig om met de taxi tot aan het station te geraken?

Om de tien minuten is er een bus.

Er waren op dat moment nog enkele minuten blessuretijd te spelen.

Tien minuten geleden werd de ruit ingegooid.

U bent tien minuten te laat.

Waarom geef je ons nog geen vijf minuten?

Tom vroeg zich af hoeveel minuten het hem zou duren om naar de bushalte te rennen.

Het is tien minuten voor elf.

De tijdsduur van een voetbalwedstrijd is 90 minuten.

Also check out the following words: ren, halen, veroorloven, yen, verspillen, Mexico, onafhankelijk, meisje, gouden, kroon.