Dutch example sentences with "meisje"

Learn how to use meisje in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Op de foto heeft het meisje geen gouden kroon, maar een kroon van bloemen op.

Het meisje stond voor het lokaal.

"Wie is dat meisje?" "Dat is Keiko."

Dat komt doordat je een meisje bent.

De jongen streelde het meisje rond haar kin en kuste haar op haar wangen.

Het meisje zingt en danst en lacht dan naar me.

Ik ken een meisje van wie de vader advocaat is.

Dorenda is echt een aardig meisje, ze deelt haar koekjes met me.

Ik vertelde haar dat je een aardig meisje bent.

Het is hem zowaar gelukt een meisje te versieren!

Kom hier, meisje, ga zitten!

Ik weet niet zeker aan wie ik dit cadeau moet geven: aan het meisje of aan de jongen?

Stel me eens voor aan een of ander knap meisje.

Dat meisje dat met John aan het praten is, dat is Susan.

Hoewel ze een meisje is, is ze dapper.

Vertel het me alsjeblieft als het mogelijk is om aan een meisje te zien of ze een vriendje heeft of niet.

Ik ken haar sinds dat ze een klein meisje was.

Een jongen of een meisje?

Ik vraag me af wie dat meisje is.

Het jonge meisje lachte zorgeloos.

Joe is tot over zijn oren verliefd op dat meisje.

Het meisje waste haar haar.

Een meisje belde me op.

Het meisje liet de vogel ontsnappen.

Het was een waar genoegen de avond met een slim, grappig en mooi meisje als jou door te brengen.

Ik roep het meisje, en het komt.

Hij is een jongen, zij is een meisje.

Het meisje had bij de slalomwedstrijd de negentiende plaats behaald. Ze dacht dat dat erg goed was, want negentien is immers een groot getal.

Het meisje was zwaar verwond in het verkeersongeluk.

Ze is een blond meisje.

Het meisje zag er zo bleek uit.

Maar over zijn zus kunnen we zeggen, dat ze zo hatelijk werd, dat haar eigen moeder ze wegjoeg; en het ongelukkige meisje had zoveel gelopen en niemand gevonden, die haar wilde opvangen, dat ze weldra omkwam in een hoek van het bos.

De prins vond, dat een dergelijke bekwaamheid meer waard was dan om het even wat men als bruidsschat zou kunnen geven aan een meisje. Hij bracht ze naar het paleis van zijn vader, de koning, waar ze met hem trouwde.

Ik ken het meisje dat tennis speelt.

Er was een meisje van vijf jaar in het gezin.

Het meisje heeft schrik van honden.

Hij werd verliefd op het meisje.

Dit is het meisje dat je wilde zien.

Wie is dat meisje?

Het meisje bleef maar wenen.

Hij is met een rijk meisje getrouwd.

Het meisje dat in de bakkerij werkt, is knap.

Toen ze haar moeder zag, begon het meisje te wenen.

Hij redde het kleine meisje ten koste van zijn leven.

Toen het meisje de kamer binnen kwam, lachten enkele jongens haar uit om haar klein hoedje.

Het meisje dat in het zwembad zwemt is mijn nicht.

Het meisje dat in de vijver zwemt is mijn nicht.

Ik was 13 jaar oud toen ik voor het eerst verliefd werd op een meisje.

Peter werd verliefd op het meisje.

Dat meisje ken ik niet.

Het meisje met de blauwe jas is mijn dochter.

Het mooie meisje is trouwrijp.

Het mooie meisje is klaar voor het huwelijk.

Het meisje leek in verlegenheid gebracht door zijn onbeleefde vraag.

Dat meisje lijkt wel een jongen.

Het meisje met wie ik naar de bios ben geweest is mijn vriendin.

Het meisje lijkt op haar moeder.

Daar zij zelf geen kinderen hadden, besloten ze een klein meisje te adopteren.

Jill is het enige meisje van onze club.

Jane deed erg haar best om vriendelijk te zijn voor het nieuwe meisje.

Jane is een zeer charmant meisje.

Ken je het meisje dat aan het raam staat?

Het meisje waarover ik je verteld heb woont hier.

Ze is inderdaad een lief meisje.

Dat is het meisje dat ik goed ken.

Ze adopteerden het kleine meisje.

Ik ontmoette een Amerikaans meisje.

Alleen gelaten begon het kleine meisje te huilen.

Het meisje dat op de piano speelt is Akiko.

Geen meisje in mijn klas is mooier dan Linda.

Het meisje springt.

Het meisje dat in de bakkerij werkt, is lief.

Het meisje dat daar loopt, is mijn zusje.

Hij is met een Canadees meisje getrouwd.

Het meisje dat piano speelt is mijn zuster.

Het meisje maakte een pop van een stukje stof.

Ik heb twee kinderen, een jongen en een meisje.

Ze is een kwetsbaar meisje met een bedenkelijke moraal.

Je had je aan het meisje moeten voorstellen.

Elena is het grootste meisje van de klas.

Ik veronderstel dat dat mooi meisje afscheid zal nemen van de verlegen jongeman.

Toen de twee meisjes aan John hun gevoelens kenbaar maakten, wist hij niet met welk meisje hij moest meegaan.

Het meisje brak het venster.

Ik zal een braaf meisje zijn.

Je bent een grappig meisje.

Ze is een heel braaf meisje.

Het meisje heeft minder fruit dan de man.

Het meisje drinkt thee.

Hihi! Het meisje kon zich niet inhouden!

Het meisje dat verloren gelopen was, snikte toen het zijn naam zei.

Het meisje houdt van paarden.

Ze is een welgemanierd meisje.

Het arme meisje werd blind.

Je bent het meisje van mijn dromen.

De vrouw maakt het meisje wakker.

Dat meisje is knap.

Het meisje vond afwassen niet leuk, maar ze maakte er het beste van.

Vind je dit meisje leuk?

Tom begon te schreeuwen als een 15-jarig meisje.

Een meisje van veertien jaar loopt met haar éénjarig zoontje over straat. "Slet!" roept iemand. Niemand weet dat ze op haar twaalfde verkracht werd.

Een meisje loopt met haar pruik naar school. Jongens trekken aan haar haar en als het blijkt dat ze kaal is lachen ze haar uit. Ze weten niet dat ze kanker heeft.

Also check out the following words: keuken, slechter, Franse, Picasso, kunstenaar, Vertrouw, probeerde, elk, leraar, bijeenkomst.