Dutch example sentences with "druk"

Learn how to use druk in a Dutch sentence. Over 100 hand-picked examples.

Heb je het druk op het moment?

Ze zijn er te druk mee elkaar te bevechten om zich om gemeenschappelijke idealen te bekommeren.

Ze waren druk.

Welke is completer, de eerste druk of de tweede?

Ze is zeker druk bezig.

Ik heb het te druk om te gaan.

Natuurlijk zou ik willen gaan, maar ik ben bang dat ik het te druk heb.

Ik maak me niet al te druk over mijn resumé.

Ik maak me niet al te druk over mijn cv.

In de trein was het zo druk dat ik de hele rit heb moeten staan.

Ik heb een druk leven.

Ze was druk bezig met haar huiswerk.

Op straat is er de dag door een druk verkeer.

Ik heb het te druk om haar te helpen.

Ik heb geen tijd om me druk te maken over zulke kleinigheden.

We hebben het zo druk dat we alle hulp kunnen gebruiken.

Rond deze tijd is het verkeer ongelooflijk druk.

Ik heb het vandaag erg druk.

Maak je niet druk.

Druk je idee duidelijk uit.

Ik had het gisteren erg druk.

Ik sta altijd onder druk.

Druk uw gedachten duidelijk uit.

Deze vissen zijn gewend aan hoge druk en aan de afwezigheid van licht.

Hoe druk je het ook hebt, ik vind dat je op z'n minst een krant zou moeten lezen.

Druk op de groene knop en het licht gaat aan.

Ik weet dat je sterk bent, maar politieke druk is nog sterker.

Ik kan niet met je meegaan omdat ik het erg druk heb.

Druk jezelf zo duidelijk mogelijk uit.

Ik ben erg druk, dus reken niet op mij.

We hebben het op het moment erg druk.

Heb je het altijd druk?

Help hem als hij het druk heeft.

Druk op de groene knop. Als je dat doet, gaat het lampje branden.

Wie maakt zich daar druk over?

De stad was erg druk.

Hij zal het morgen druk hebben.

Ik heb het te druk om hem te helpen.

Hij zette me onder druk.

Heb je het nog zo druk?

Omdat ik het te druk had.

Ga weg. Ik heb het druk.

Ik heb het nu niet druk.

Hij had het zo druk, dat hij zijn zoon stuurde in plaats van zelf te gaan.

Maak je niet druk over de prijs.

Ik heb het erg druk.

Ik ben druk bezig.

Je hebt het druk gehad.

Ik ben er zeker van dat je het erg druk hebt.

Ik ben er zeker van dat jullie het erg druk hebben.

Ik ben er zeker van dat u het erg druk heeft.

Ik was druk bezig deze week.

Druk je gedachten klaar uit.

Momenteel heb ik het niet erg druk.

Het verkeer was heel druk. De auto's stonden bumper aan bumper in de file.

Druk op de knop, alstublieft.

Dit is een druk station.

Mijn nieuw boek is nog niet in druk.

Op het moment heb ik het druk want mijn huis moet worden schoongemaakt.

Dat is de tweede en vernieuwde druk van het boek.

Er werd druk beraadslaagd over de gespannen toestand.

Druk op de terugtoets boven de entertoets om naar de vorige pagina terug te keren.

Mensen moeten zich niet zo druk maken.

Ik heb het druk met huiswerk.

Ik ben vandaag heel druk bezig.

Ik was druk bezig.

Ik ben een druk baasje.

Omdat het het einde van het jaar is, hebben we het flink druk.

Ik kan vanavond niet komen, want ik heb het erg druk.

Ik heb het te druk op het werk.

Misschien hebben ze het druk.

Jij hebt het erg druk.

Hij had het erg druk, en toch kwam hij ons helpen.

Ik ben elke dag zo druk bezig met huilen en lachen dat ik geen tijd meer over heb om te leren.

Ik hielp mijn moeder, ook al had ik het druk.

Er is druk verkeer hier.

Heb je het nog steeds druk?

Mijn vader had het druk.

Nou eigenlijk, Tom, ben ik een beetje druk.

Ik ben zo druk dat mijn hoofd ervan tolt.

Ook al had hij het druk, hij nam toch wat van zijn tijd om mij de stad te laten zien.

Ze kon niet komen omdat ze het druk had.

Ik heb het druk vandaag.

Om de cursor naar de volgende regel te laten gaan of om een opdracht of handeling uit te voeren, druk op de returntoets.

Ik heb hem gezegd dat je het druk hebt.

Druk niet op die knop.

Druk niet op de knop!

Ze is druk bezig geweest met het voorbereiden op haar reis naar de VS.

Ze is druk bezig geweest met het voorbereiden op haar reis naar Amerika.

Ze is druk bezig geweest met het voorbereiden op haar reis naar de Verenigde Staten.

Waar maakt men zich zo druk om?

Ze hebben het allebei druk.

Het is gewoonlijk niet zo druk.

Ze hebben het vast druk.

Ook al had ze het druk, ze kwam me vaarwel zeggen.

Tom heeft het ook niet druk.

Ik ben een druk iemand.

Luister, ik heb het erg druk.

Ik heb een erg druk schema.

Het ziet ernaar uit dat je het vrij druk hebt.

Het ziet ernaar uit dat je het heel erg druk hebt.

Also check out the following words: hoogte, laatste, nieuws, Aha, zullen, houdt, uitverkocht, Vraag, grootste, Azië.