klakken | conjugation

Dutch verb 'klakken' conjugated in all tenses and forms.

Learning Dutch?

Replace Google Translate with Mate! We beautifully designed Mate for language learners using Macs. Translate websites, Netflix subtitles, or anything else between Dutch and 102 languages with just a double click, check synonyms, make a Phrasebook. Join 800,000 other learners with a 7-day trial.

try for free

Learning Dutch?

Replace Google Translate with Mate! We beautifully designed Mate for language learners using . Elegantly translate text and speech in any app between Dutch and 102 other languages, learn pronunciation, make a Phrasebook. Join 800,000 other learners.

Learning Dutch?

Replace Google Translate with Mate! We beautifully designed Mate for language learners using . Translate websites and Netflix subtitles between Dutch and 102 languages with a double click, learn pronunciation, make a Phrasebook. Join 800,000 other learners.

Get for free

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou klakken
jij zou klakken
hij zou klakken
wij zouden klakken
jullie zouden klakken
zij zouden klakken
ik zou geklakt hebben
jij zou geklakt hebben
hij zou geklakt hebben
wij zouden geklakt hebben
jullie zouden geklakt hebben
zij zouden geklakt hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik klak
jij klakt
hij klakt
wij klakken
jullie klakken
zij klakken
ik heb geklakt
jij hebt geklakt
hij heeft geklakt
wij hebben geklakt
jullie hebben geklakt
zij hebben geklakt
ik klakte
jij klakte
hij klakte
wij klakten
jullie klakten
zij klakten
ik had geklakt
jij had geklakt
hij had geklakt
wij hadden geklakt
jullie hadden geklakt
zij hadden geklakt
ik zal klakken
jij zult klakken
hij zal klakken
wij zullen klakken
jullie zullen klakken
zij zullen klakken
ik zal geklakt hebben
jij zult geklakt hebben
hij zal geklakt hebben
wij zullen geklakt hebben
jullie zullen geklakt hebben
zij zullen geklakt hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij klak

Translation

Effortlessly translate klakken to English, Spanish, German, French, Portuguese, Russian, Chinese, and 96 other languages.

← Conjugate another Dutch verb