bellen | conjugation

Dutch verb 'bellen' conjugated in all tenses and forms.

Learning Dutch?

Replace Google Translate with Mate! We beautifully designed Mate for language learners using Macs. Translate websites, Netflix subtitles, or anything else between Dutch and 102 languages with just a double click, check synonyms, make a Phrasebook. Join 800,000 other learners with a 7-day trial.

try for free

Learning Dutch?

Replace Google Translate with Mate! We beautifully designed Mate for language learners using . Elegantly translate text and speech in any app between Dutch and 102 other languages, learn pronunciation, make a Phrasebook. Join 800,000 other learners.

Learning Dutch?

Replace Google Translate with Mate! We beautifully designed Mate for language learners using . Translate websites and Netflix subtitles between Dutch and 102 languages with a double click, learn pronunciation, make a Phrasebook. Join 800,000 other learners.

Get for free

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou bellen
jij zou bellen
hij zou bellen
wij zouden bellen
jullie zouden bellen
zij zouden bellen
ik zou gebeld hebben
jij zou gebeld hebben
hij zou gebeld hebben
wij zouden gebeld hebben
jullie zouden gebeld hebben
zij zouden gebeld hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik bel
jij belt
hij belt
wij bellen
jullie bellen
zij bellen
ik heb gebeld
jij hebt gebeld
hij heeft gebeld
wij hebben gebeld
jullie hebben gebeld
zij hebben gebeld
ik belde
jij belde
hij belde
wij belden
jullie belden
zij belden
ik had gebeld
jij had gebeld
hij had gebeld
wij hadden gebeld
jullie hadden gebeld
zij hadden gebeld
ik zal bellen
jij zult bellen
hij zal bellen
wij zullen bellen
jullie zullen bellen
zij zullen bellen
ik zal gebeld hebben
jij zult gebeld hebben
hij zal gebeld hebben
wij zullen gebeld hebben
jullie zullen gebeld hebben
zij zullen gebeld hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij bel

Translation

Effortlessly translate bellen to English, Spanish, German, French, Portuguese, Russian, Chinese, and 96 other languages.

← Conjugate another Dutch verb