wassen | conjugaison

'wassen' verbe néerlandais conjugué dans tous les temps et formes.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate ! Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent des Mac. Traduire les sites Web, les sous-titres Netflix, ou tout autre chose en néerlandais et 102 autres langues en un double-clic, vérifier les synonymes, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants avec un essai de 7 jours.

Essayez gratuitement

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un smartphone. Traduisez élégamment du texte et de la parole en néerlandais et 102 autres langues, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Vous apprenez la langue néerlandais?

Remplacez Google Translate par Mate Nous avons magnifiquement conçu Mate pour les apprenants de langue qui utilisent un navigateur. Traduire les sites web et les sous-titres Netflix en néerlandais et 102 langues en un double-clic, apprenez la prononciation, faites votre lexique. Rejoignez 800 000 autres apprenants.

Installez gratuitement

Conditional

Imperfect
Perfect
ik zou wassen
jij zou wassen
hij zou wassen
wij zouden wassen
jullie zouden wassen
zij zouden wassen
ik zou gewassen; gewast hebben
jij zou gewassen; gewast hebben
hij zou gewassen; gewast hebben
wij zouden gewassen; gewast hebben
jullie zouden gewassen; gewast hebben
zij zouden gewassen; gewast hebben

Indicative - Aantonende wijs

Present
Present Perfect
Past
Past Perfect
Future
Future Perfect
ik was
jij wast
hij wast
wij wassen
jullie wassen
zij wassen
ik heb gewassen; gewast
jij hebt gewassen; gewast
hij heeft gewassen; gewast
wij hebben gewassen; gewast
jullie hebben gewassen; gewast
zij hebben gewassen; gewast
ik waste
jij waste
hij waste
wij wasten
jullie wasten
zij wasten
ik had gewassen; gewast
jij had gewassen; gewast
hij had gewassen; gewast
wij hadden gewassen; gewast
jullie hadden gewassen; gewast
zij hadden gewassen; gewast
ik zal wassen
jij zult wassen
hij zal wassen
wij zullen wassen
jullie zullen wassen
zij zullen wassen
ik zal gewassen; gewast hebben
jij zult gewassen; gewast hebben
hij zal gewassen; gewast hebben
wij zullen gewassen; gewast hebben
jullie zullen gewassen; gewast hebben
zij zullen gewassen; gewast hebben

Imperative - Gebiedende wijs

jij was

Traduction

Traduisez sans effort wassen en anglais, espagnol, allemand, portugais, russe, chinois, et 97 autres langues.

← Conjuguer un autre verbe néerlandais